Fairtrade Cotton
Yodormi beddengoed is Fairtrade Cotton gecertificeerd en dit betekend dat het katoen van ons beddengoed op een eerlijke, duurzame manier is geteeld. Fairtrade Cotton richt zich op katoenboeren en plantagemedewerkers, met het doel om de handel eerlijker te maken en hun positie in de keten te versterken.
De controle wordt uitgevoerd door onafhankelijke, geaccrediteerde partijen.
Wat doet Fairtrade?
Sterke boeren zijn belangrijk. Daarom zijn katoenboeren bij Fairtrade verenigd in democratische coöperaties. Katoenboeren opereren op zo’n kleine schaal dat elke vorm van samenwerking voordeel oplevert. Denk hierbij aan gezamenlijke inkoop van kunstmest en bestrijdingsmiddelen en gecombineerd transport van katoen. En niet te vergeten heeft een groep boeren een betere onderhandelingspositie dan een individuele boer.
Katoenboeren ontvangen een gegarandeerde minimumprijs voor het geproduceerde katoen. Katoenprijzen fluctueren hevig. Wanneer de minimumprijs lager is dan de marktprijs, ontvangen boeren de marktprijs. De minimumprijs werkt dus als een vangnet waarmee de boeren beschermd worden tegen (kunstmatig) lage katoenprijzen.
Fairtrade heeft als enige keurmerk een vaste- niet onderhandelbare premie. Dit is een extra geldbedrag en wordt betaald aan de coöperatie waar de katoenboer lid van is. De leden beslissen gezamenlijk hoe de premie besteed wordt, zoals bijvoorbeeld aan productieverbetering, medische zorg of onderwijs.
Kinderarbeid is een complex probleem. Er zijn namelijk verschillende oorzaken voor kinderarbeid, zoals het gebrek aan kennis, het ontbreken van goed en toegankelijk onderwijs en een slechte naleving van wetten die kinderen beschermen. Maar één van de belangrijkste oorzaken van kinderarbeid is armoede. Fairtrade heeft verschillende middelen om kinderarbeid te voorkomen en tegen te gaan, denk aan de strenge standaarden, de minimumprijs en -premie, lokale ondersteuning en lobby en advocacy.
Om onder Fairtrade voorwaarden te mogen verkopen, moeten boeren o.a. de bodem- en waterkwaliteit verbeteren, plagen bestrijden, schadelijke bestrijdingsmiddelen vermijden, afval beheren, hun broeikasgasemissies verminderen en de biodiversiteit beschermen. Door lokale Fairtrade teams worden trainingen gegeven om duurzame landbouwpraktijken te ontwikkelen en hoe je je als boer kunt aanpassen aan de effecten van klimaatverandering. Daarnaast is het gebruik van Genetisch Gemodificeerde Organismes (GGOs) niet toegestaan.
Lokale Fairtrade teams ondersteunen katoenboeren op onderwerpen zoals management, financieel beleid, duurzaamheid, productiviteit, kwaliteit en veilige arbeidsomstandigheden. Ook rollen ze allerlei impactprogramma’s uit op het gebied van klimaatverandering, gendergelijkheid, jongeren en kinderarbeid.
Verdeling van de fairtrade premie
54%
Wordt gebruikt:
– om de coöperatie te versterken (administratie, betere faciliteiten en infrastructuur)
– voor services aan de boeren (leningen, landbouwmaterialen en inputs)
46%
Wordt gebruikt:
– voor gemeenschapsprojecten, voornamelijk onderwijs projecten.
Waarom kan textiel zo goedkoop kan zijn?
De waarheid is dat katoen alleen zo goedkoop kan zijn door mens en planeet ervoor te laten opdraaien.
Hoewel katoen vaak het ‘witte goud’ wordt genoemd, is het voor boerenfamilies niet zo lucratief. Dit komt door de hoge productiekosten die gepaard gaan met het gebruik van pesticiden en kunstmest. Vele katoenboeren leven in armoede en hebben ongezonde werkomstandigheden. Kinderarbeid op katoenplantages is helaas geen uitzondering.
Dé uitdagingen voor 100 miljoen katoenboeren:
Onder druk van machtige fabrikanten en merken is sinds de jaren 80 de prijs voor een kilo katoen met ruim één derde gedaald, van 3 dollar naar 1,98 dollar.
Boeren leven van minder dan 1 dollar per dag. Door de lage inkomsten zien boerenfamilies zich genoodzaakt hun eigen kinderen als arbeidskracht op plantages in te zetten.
400.000 kinderen in India plukken iedere dag 12 uur lang katoenzaden.
Katoen is een dorstig gewas. Daardoor is er voor de mensen in de omgeving van katoenplantages beperkte beschikbaarheid van goed drinkwater en treedt er verdroging, verzilting en erosie op in de omgeving.
Twintig procent van het wereldwijde gebruik van pesticiden komt voor rekening van de katoenteelt. Elk jaar worden 150.000 tot 250.000 ton chemicaliën over de katoenvelden uitgestort.
Giftige bestrijdingsmiddelen zorgen voor zwaar verontreinigd drinkwater en voedsel en dit zorgt voor allerlei gezondheidsproblemen onder de plaatselijke bevolking. In de katoenplantages in India worden jaarlijks tientallen kinderen geboren met ernstige handicaps, omdat de grond en hun ouders zo vervuild zijn door chemische bestrijdingsmiddelen.
Schadelijke insecten en onkruid raken resistent voor pesticiden, waardoor het gebruik van pesticiden weer toeneemt. Pesticiden putten de grond uit waardoor er ook een toenemend gebruik van meststof nodig is. Het intensiever gebruik van pesticiden en meststoffen, in combinatie met misoogsten, brengen aanzienlijk hogere kosten met zich mee.
GMO-zaden zijn maar 1 jaar te gebruiken, waardoor boeren in toenemende maten afhankelijk worden van de machtige internationale chemische industrie en zich in de schulden blijven steken.
Aangezien veel pesticiden, meststof en GMO-zaden op lening zijn ingekocht raken boerenfamilies steeds meer in de schulden, en zo in een wurggreep verstrikt, met een groot aantal zelfmoorden onder katoenboeren tot gevolgd.
Wereldwijd worden miljoenen katoenboeren uitgebuit en onderbetaald
Fairtrade Keurmerk
Op dit moment heeft wereldwijd slechts 0,07 procent van het katoen een Fairtrade Cotton Keurmerk.